Superfruit uit Belgisch Limburg

Kersenserie uit Belgie in Om de West voor Santmedia.nl ©santmedia.nl

De Belgische provincie Limburg is een geliefde streek voor recreanten die in het voorjaar rondom Haspengauw van de prachtige lentebloesems komen genieten. Het zachtglooiende landschap met zijn dikke kleilaag onder vruchtbare leemgronden heeft dankzij deze geografische omstandigheden de grootste fruitproductie van de Benelux.

Wil je graag zwanger worden? Slaap je slecht of heb je een jetlag te verwerken? Last van spierpijn na het sporten? Ben je snel vermoeid en wil je je weerstand opkrikken? Een eenduidig antwoord hierop luidt eet kersen!  Het foldertje, ons toegestopt bij de toeristendienst van de stad Tongeren, liegt er niet om: Dat kersen net als de meeste bessen vol met antioxidanten zitten, is bij menigeen nog wel bekend, maar dat het een van de weinige vruchten is die melatonine bevat zal niemand doen opveren. Toch is het juist dat deze stof een goede slaap- en hartritme bewerkstelligd.
Kortom kersen zijn superfruit. Door ze te eten krijg je een gezonde dosis magnesium en ijzer binnen. En dan hebben we het nog niet gehad over de vitamine C, E en de vezels, die weer goed zijn voor je vertering. Kersen worden ook wel ‘hapjes voor het hoofd’ genoemd.

Nadat we bijna de afslag naar fruitkwekerij Hellingenfort voorbij zijn gereden, leg ik de ‘gezondheidsfolder’ maar even terzijde. Links en rechts doemen de honderden fruitbomen al op.
In het landschap van Henegouwen met zijn vele waterlopen, beekjes en rivieren is grootschalige landbouw niet overal mogelijk. Opvallend is de verwevenheid met het cultuurhistorisch patrimonium in deze streek. Bezoeker treffen men hier dan ook veel kastelen aan met bijbehorende parken en boomgaarden.

Overvolle manden
Veerle, de charmante echtgenote van fruitkweker Karel Vaes, heet ons van harte welkom als we de historische binnenplaats van hun vierkantshoeve uit het jaar 1844 op lopen. Als gastvrouw verontschuldigt zij zich, omdat ze haar sorteerwerkzaamheden deze middag niet kan onderbreken. In de half open schuur wijst zij ons op een tafel met grote thermoskannen koffie, bekers en koekjes. Of we zelf maar even de koffie of frisdrank naar believen willen inschenken. Volgens Veerle zijn hun Belgische kersen verkrijgbaar tussen half juni en einde juli. De aanloop naar die topproductie is vandaag al goed te merken. Telkens worden kersen uit overvolle rieten manden op de sorteertafels uitgestrooid. Het plukken ensorteren is typisch een seizoensarbeid, die – naast enkele studenten en gepensioneerden – hoofdzakelijk door arbeids- krachten uit Roemenie en Turkije wordt verricht. Alleen de boomverzorging, zoals het snoeien en besproeien, geschiedt nog door de fruitteler zelf.

Kersenserie uit Belgie in Om de West voor Santmedia.nl ©santmedia.nl

Goed kersen eten
Als eigenaar Karel Vaes wat later zijn tractor parkeert en wederom tientallen manden vol vers geplukte kersen aflevert, neemt hij ons na een korte lunch mee naar de andere kant van zijn domein, waar die middag een speciaal ras zal worden geplukt. Vaes, alweer de derde generatie fruitteler, blijkt over vijfduizend (!) kersenbomen te beschikken (Kordia, Regina, Lapins en Summit), eenzelfde aantal appelbomen en nog eens zeventienduizend perenbomen. Onderweg verteld hij dat in het begin van de twintigste eeuw ook in noordelijker streken als de Betuwe grote hoeveel- heden kersen werden geteeld.  Na de Tweede Wereldoorlog is dat echter sterk afgenomen.

De hoogstambomen maakten het oogsten op trappen en ladders te arbeidsintensief en de kersen waren maar moeilijk te beschermen tegen vogels. Tussen zijn laagstambomen legt Karel ons uit dat er sinds de jaren ’90 nieuwe grootvruchtige rassen in opkomst kwamen. Doordat de omvang van deze bomen dankzij het gebruik van nieuwe,  zwakker groeiende onderstammen beter in toom gehouden konden worden, geven zijn bomen eerder vruchten en is het oogsten bij deze boompjes beduidend minder arbeidsintensief.

Terwijl de fotograaf de plukkers vastlegt, maak ik van de gelegenheid gebruik om in dit kersenwalhalla mijn mond te vullen. Het is met u goed kersen eten’, lacht de kweker, die ons Hollandse spreekwoord met het woord ‘kwaad’ erin ook kent.

Romeinse tijd
Kersen behoren tot de steenvruchten, net als pruimen. Dit komt door de harde pit in het midden van de vrucht. De smaak en kleur van kersen kan nogal variëren, maar de Hollanders houden – anders dan de Belgen- hoofdzakelijk van de diep donkere kers. ‘De rode varianten raak ik in Nederland nauwelijks kwijt’, zegt Karel. Er bestaan veel zoete kersenrassen, maar de ‘Bigarreau Burlat’, de ‘Van’, de ‘Hedelfinger’ en de ‘Lapins’ zijn voor de Hollandse consument de bekendste rassen. Omdat in verschillende landen gericht gewerkt wordt aan de ontwikkeling van nieuwe rassen, komen er volgens Karel telkens soorten bij met betere eigenschappen. De kleur van de vrucht- en kan variëren van zuiver geel tot zwartrood met alle denkbare schakeringen daartussen. Maar de rassen met gele tot roodgele vruchten zijn volgens de fruitkweker vrijwel geheel van het toneel verdwenen omdat ze er minder aantrekkelijk uitzien, waardoor er weinig vraag naar is.

Ondanks alle nieuwe kweekmethodes heeft Vaes ook nog flink wat hoogstam kersenbomen. Enigszins onwennig beklim ik die namiddag een ladder om ver uit te reiken naar een tak vol met glanzende karmijnrode vruchten. Als de tak per ongeluk afbreekt en ik door de schrik bijna uit balans raak, hoor ik Karel beneden mij zeggen:  ‘Een goede kers groeit aan een moeilijke boom… ‘

Kersenserie uit Belgie in Om de West voor Santmedia.nl ©santmedia.nl

Kersen houden van voedselrijke, maar niet al te natte grond. Dat de bodem in deze streek ont- zettend vruchtbaar is, wisten de Romeinen blijkbaar ook al. Karel wijst naar de afwaterende geulen in zijn land,  die uit de Romeinse tijd dateren. Het nabij gelegen Tongeren was net als Maastricht een legioenstad van de Romeinen en hun voedsel werd in deze streek verbouwd.

Krieken
Voordat we afscheid nemen met een flinke kist kersen onder de arm, leert Karel ons nog dat er eigenlijk twee soorten kersen zijn:  zoete kersen en krieken, ofwel zure kersen. Zoete kersen worden meestal vers gegeten, want zo zijn ze het lekkerst. Krieken worden doorgaans verwerkt in taarten, confituren of in alcoholische dranken zoals kersenwijn of -bier. Van dat laatste geeft hij ook nog wat flesjes mee om thuis te proeven.